In 2019 is er door RTV Krimpenerwaard een mooie film gemaakt over de werf en de scheepsbouw in Krimpen aan de Lek. De film is gemaakt in samenwerking met HV Crempene. De film wordt gepresenteerd door (inmiddels wijlen) Floor Hartog. Hij was vele jaren bestuurslid van de Historische Vereniging. Hier volgt de link. Beslist de moeite van het kijken waard!! “Terug naar toen”: scheepsbouw Krimpen ad Lek.
Inmiddels is de stichting “Mooi Crempene” opgericht in 2021. Het doel van de stichting is het bevorderen van de leefbaarheid van het dorp Krimpen aan de Lek. In eerste instantie wordt dit doel nagestreefd door te lobbyen voor een invulling van het zogenoemde IHC-terrein (samen met het Boogaerdt-terrein) om de leefbaarheid van Krimpen aan de Lek te verbeteren. Met voldoende oog voor de historie van het terrein. Zie www.mooicrempene.nl.
Jaren geleden hebben wij een serie foto’s gemaakt op het terrein van de scheepswerf. Hier nog wat plaatjes uit februari 2005..
Er stond weer een leuk artikel in het blad “Oud Nieuws” van de Historische Vereniging “Crempene” van Krimpen aan de Lek! (nr. 29, juli 2022).
Het schilderij van de driemastbark “Krimpen aan de Lek” was jarenlang in het bezit van Gijsbertha van der Laan- van der Hoog uit Krimpen aan de Lek, achter-achterkleindochter van Pieter van der Hoog. Voorjaar 2022 schonk ze het schilderij aan de Historische Vereniging. Een gebroken heup en haar gevorderde leeftijd verhinderden haar om hier zelf bij aanwezig te zijn.
Er is een mooi artikel van gemaakt, met allerlei gegevens over het schip. Zie de pagina op deze website over de driemaster uit 1885.
Egge Knol, verzamelaar van scheepsportretten en conservator van het Groninger Museum heeft in “Stad en Lande” in 2018 een prachtig artikel over scheepsportretten en scheepsschilders geschreven. Ook over de schilder van bovengenoemd schilderij. Hij bezit o.a. een schilderij van de driemastbark Geertruida Gerarda.
Van dit artikel heeft de redaktie van “Oud Nieuws” dankbaar gebruik gemaakt. En zo kon er weer interessante info over de schepen en de schilderijen van de schepen van Pieter van der Hoog gedeeld worden! Heb je interesse? Download dan een uitgave van “Oud Nieuws”..
In het Elseviers Weekblad, nr.28,29 van juli 2022 stond een artikel van Leo Kwarten getiteld “Allahs Nederlandse buren”.
Het gaat voor een gedeelte over Pieter Henricus van der Hoog (1888-1957), de flamboyante neef van mijn opa Willem van der Hoog (1892-1977). Pieter Henricus (even een geheugenopfrisser..) was een kleinzoon van kapitein/reder Pieter van der Hoog en een zoon van generaal Machiel Cornelis van der Hoog, waar ik een artikel over geschreven heb. “Oom Piet” had bacteriologie gestudeerd en ging in 1928 op uitnodiging van koning Ibn Saud naar Arabië. Hij moest een onderzoekslaboratorium in Djedda opzetten, ter voorbereiding op de komst van de vele pelgrims die op bedevaart naar Mekka wilden. De omstandigheden waren zeer primitief. Je kunt er van alles over lezen in “Pelgrims naar Mekka”. Er staat een foto bij het artikel van Pieter Henricus als bedevaartganger naar Mekka, deze foto staat ook in het boek. Pieter was nl. op een gegeven moment moslim geworden. Anders was er geen mogelijkheid om in Mekka te komen.. de Kaäba te kussen.. het water van de Zem-Zem bron te onderzoeken.. Er werd nogal getwijfeld aan de echtheid van zijn “bekering”. Uman Ryad lijkt hier anders over te denken. In zijn boek over Nederlanders die zich in de 1e helft van de 20e eeuw tot de islam bekeerden (The Hajj and Europe in the Age of Empire) heeft hij een lang hoofdstuk aan Pieter Henricus van der Hoog gewijd (blz 185-216). In ieder geval heeft “oom Piet” als belijdend islamiet zijn dochter Fatima genoemd.. En er wordt verteld dat hij op de een of andere manier meegewerkt heeft aan de totstandkoming van de bouw van de eerste moskee (Mobarakmoskee, 1955) in Den Haag. Maar dat heb ik niet onderzocht.
In ieder geval zijn er nauwe kontakten geweest tussen Nederland en Saudie-Arabië in een tijd toen er nog weinig besef was van de olierijkdom die daar onder de grond aanwezig was.. Onbenutte kansen van Nederland, schrijft Elsevier.. De reaktie van de NHM was in die tijd zo ongeveer: “Rustig aan.. laten we eerst kijken of het wat wordt met die olie in Saudi-Arabië..”
Nou ja, Djeddah ligt aan de Rode Zee en Qatar ligt helemaal aan de andere kant, tegen de Perzische Golf… Misschien denken sommige Nederlanders daar nu, bijna 100 jaar later, een kansje te maken..
Vandaag, 17 maart 2021, mogen we allemaal gaan stemmen. We vinden dat heel gewoon, maar dat is het niet. Die vrijheid is bevochten.
Pieter leefde tussen 1835 en 1906. In de tijd van het censuskiesrecht. Wat dat is? Census komt van cijns, belasting dus.. Bij de verkiezingen mocht je je stem uitbrengen als je vermogend genoeg was om een bepaald belastingbedrag te betalen. Jij betaalt, dus je mag ook meebeslissen hoeveel belasting de overheid heft en waar het belastinggeld aan besteed wordt.
Wat later mocht je ook stemmen als je bepaalde examens gedaan had, capaciteitskiesrecht. Dus als je slim genoeg was. Andere gronden van stemrecht waren het hebben van spaargeld of het bezit van een eigen huis. Zo ging men langzamerhand over tot het algemeen kiesrecht. Niet zonder strijd..
In ieder geval tot 1887 gold het censuskiesrecht en tot 1896 opgerekt met bovenstaande voorwaarden zoals capaciteit, inkomen, woningbezit. In 1917 kregen we pas algemeen kiesrecht. Er waren niet de politieke partijen zoals wij die nu (in rijke mate..) kennen. Men werkte met het districtenstelsel.
In de tijd van Pieter werd er volop strijd gevoerd tussen liberalen en conservatieven. Tussen 1860-1901 waren de liberalen in meerderheid. Eind 1884 deed de Amsterdamse kiesvereniging “Burgerplicht” een oproep aan alle liberale kiesverenigingen om een Liberale Unie te vormen. Deze kwam in 1885 tot stand en was daarmee de eerste liberale partij in Nederland.
Pieter was vanaf 1875 lid van de gemeenteraad van Krimpen aan de Lek. Maar ik heb daar nog niets over uitgezocht..
Over Pieters politieke leven heb ik enkele krantenberichtjes gevonden vanaf april 1892. Nevenstaand berichtje komt uit “Het Nieuws van den Dag” van 12 april 1892. Je ziet dat het land opgedeeld is in districten en die horen weer bij een hoofd-kiesdistrict. Krimpen aan de Lek hoorde bij het hoofdkiesdistrict Gouda. Na een herstemming lees je in het Algemeen Handelsblad dat Pieter en Mr. D.N. Brouwer uit Gouda kandidaat gesteld worden voor de Provinciale Staten.
Over zijn activiteiten tijdens zijn zittingsperiode in de Provinciale Staten weet ik nog niets. In de familie is er niets over bekend en er zijn helaas ook geen documenten bewaard gebleven uit zijn politieke tijd. Althans niet in de familie. Ik hou me aanbevolen voor tips!!
Hij zal wel redelijk actief en gedreven geweest zijn want in 1897 werd hij kandidaat gesteld voor de 2e Kamer. Hij stond in ieder geval achter het progamma van de Liberale Unie. (Rotterdamsch Nieuwsblad, 13 mei 1897).
Pieter van der Hoog zet zich onder meer in voor beter onderhoud van de rivieren. Hij dient zoals verwacht de belangen van de scheepvaart. In “Het Nieuws van den Dag” van 4 november 1897 kun je lezen dat de heer Hijmans aandringt op maatregelen tegen de “walgelijke toestanden van de grachten”, dit met het oog op de komende inhuldigingsfeesten. In september 1898 zou de inhuldiging van Prinses Wilhelmina tot Koningin plaatsvinden. Voor die tijd moesten de grachten natuurlijk keurig schoon gemaakt worden. Pieter interpelleerde (wij zouden zeggen: hij pakte de interruptiemicrofoon..) over de toestand van het vaarwater van de Gouwe bij Boskoop. Dat was zo slecht dat het de doorvaart tussen Rotterdam en Amsterdam ernstig belemmerde. Hij noemde het een schadelijke toestand voor handel en scheepvaart.
Meer gegevens over het politieke leven van Pieter zijn welkom!! Anecdotes.. documenten.. wellicht een foto..?
Hoe verging het de kinderen van kapitein en reder Pieter van der Hoog? Van sommige mensen zullen we nooit veel te weten komen. Maar van anderen kwam ik na wat speurwerk tot een aardig levensverhaal!
Wil je weten hoe het de oudste zoon van Pieter, Machiel Cornelis (door onze opa “ome Chiel” genoemd..) verging? Lees dat maar onder het kopje –genealogie-. En, wees gewaarschuwd.. je bent niet zomaar uitgelezen hoor.
Hierbij alvast de foto die ik nu al zo’n jaar of 50 ken.. alweer eentje uit het sigarenkistje van opa!
Onlangs kwam er weer een mooie vraag. Of ik geïnteresseerd was in een portret van kapitein Van der Valk? Een nazaat van deze kapitein had het portret in zijn bezit gekregen. Maar dat niet alleen. Hij heeft ook het prachtige zakhorloge en de scheepstoeter van Maarten van der Valk. Natuurlijk ben ik daar in geïnteresseerd!
Links het bekende portret van Van der Valk wat al op zijn pagina staat.
Op het nieuwe portret zie je Van der Valk met flink dunner haar met scheiding in het midden. En met enorme bakkebaarden.. Markant!
Volgens de verhalen kreeg hij het gouden zakhorloge van de scheepsarts. Nadat hij het schip “De Lichtstraal” vakkundig door een storm heen geloodst had. De dokter zal behoorlijk in de rats gezeten hebben.. Want een gouden zakhorloge geef je niet zo maar.
Tenslotte de prachtige scheepstoeter. Best uniek dat deze bewaard gebleven is. Mats, hartelijk bedankt!
Wat deze drie met elkaar te maken hebben kun je lezen in een prachtig boek wat vorig jaar (2020) verscheen bij uitgeverij Prometheus in Amsterdam. “Met een drukpers de oceaan over“, gaat over de koloniale boekcultuur in Nederlands-Indië van 1816-1920. Het is geschreven door Prof. Dr. E.A. (Lisa) Kuitert, hoogleraar boekwetenschap aan de UvA.
Werd er wel gelezen in Nederlands-Indië in de tijd van Pieter? Mocht alles geschreven en gelezen worden? Zijn boeken en kranten neutraal? Wat gebeurt er als er iemand anoniem een gevoelig artikel in jouw Nieuwsbode schrijft? Dan wordt je het land uitgezet.. Het overkwam boekhandelaar J.J. Nosse. In 1864 reisde hij onvrijwillig naar Nederland terug met de “Lichtstraal”.
In de 21e eeuw is de wereld een dorp. Bijna overal ter wereld kun je appen, mailen of videobellen met je werkgever of je thuisfront. Pieter en zijn kapiteins leefden in een totaal andere wereld. Ze waren voor communicatie afhankelijk van vlagseinen, telegraaf, brieven of berichten in de krant. Hoe gebrekkig en traag de communicatie verliep kun je in het brievenboek van Pieter lezen. Het gaat over zijn reizen tussen 1863 en 1867. In het Streekarchief Midden-Holland wordt het originele brievenboek veilig bewaard. (bewerkt tot boekje door Doedens en Mulder in 1986: “De bark Sebastiaan Pot en de laatste gloriedagen van de grote zeilvaart”).
In Nederlands-Indië verschenen veel scheepsberichten in de Java-bode, het Bataviaasch Nieuwsblad of de Locomotief. In Nederland werd door reders, handelaren en ook door familie de kolommen van de Nederlandse “couranten” gespeld.
Lisa Kuitert speurde op internet naar info en een plaatje van de “Lichtstraal”. Zo kwam ze op deze site terecht. En zo kwam er weer een “spoor van Pieter” in een boek..
In de tijd van Pieter van der Hoog was “corona” of “Covid-19” onbekend. In zijn tijd was beriberi een heel bekende ziekte. Kapitein Rein Bleeker van de Jeannette Francoise moest in 1897 in New York van boord omdat hij beriberi had!
Beriberi is een woord dat wij nauwelijks kennen, in ieder geval weten maar weinig mensen wat voor ziekte het is. Het is geen epidemie maar een endemische ziekte. Een ziekte die epidemisch kan zijn in een bepaald gebied. In de 2e helft van de 19e eeuw kwam het veel voor in Nederlands-Indië. Waarom? De mensen aten alleen geslepen (witte) rijst, het was not-done om zilvervliesrijst (rode rijst) te eten, dat was beneden je waardigheid. De combi met het eten van (veel) rauwe vis veroorzaakte nogal eens beriberi. Je lichaam heeft dan een ernstig tekort aan vit. B1. Klachten zijn oedeem, hartvaatproblemen, verlamming, nachtblindheid. Het kwam veel voor onder militairen die uitgezonden waren en onder zeelieden.
In mijn map krantenberichten met “Pieter-sporen” staat het volgende bericht uit het NRC van 23 april 1897:
“New York, 12 april. Het Nederlandse viermastschip Jeannette Francoise, gisteren van Delagoa-baai gearriveerd, seinde bij Sandy Hook om geneeskundige hulp. De dokter die op quarantaine aan boord kwam, bevond dat de gezagvoerder Rein Bleeker lijdende was aan beriberi. En dat één zijner matrozen, een Noorman, genaamd Emmanuel Nordmann, op zee aan de ziekte was overleden. De gezagvoerder werd naar Long Island College hospitaal vervoerd. Zijn ziekte werd niet als ernstig beschouwd. De overige bemanning is gezond.”
Delagoa-baai heet nu Maputobay, een inham van de Indische Oceaan aan de kust van Mozambique. Sandy Hook is een baai in de Atlantische Oceaan boven New York. Het Long Island College is gesticht in 1858 en bestaat nog steeds!
Op de pagina schepen vindt je een submenu over kapitein Rein Bleeker. In 1897 is hij voor een reis vervangen door kapitein R.H. Vil. Je weet nu waarom..
Zijn er nog nazaten van Rein Bleeker?? Wat zou het mooi zijn als er ergens een portret van kapitein Bleeker is..
Een avondje speuren op internet levert soms leuke vondsten op. Bijvoorbeeld een mooi artikel van Willem Eerland in “De Spiegel der Zeilvaart” uit dec 2010.
Hierin beschrijft hij de boeiende geschiedenis van de Lemsteraak “Chantecler”. Nou denk je wellicht.. wat heeft dát met de schepen van Pieter van der Hoog te maken? Nou, de “Chantecler” is na allerlei avonturen in Krimpen terecht gekomen en heeft jaren in de Bakkerskil gelegen. En dat is het grappige.. recht tegenover de plaats waar Pieter van der Hoog geboren is! De trotse eigenaren van de “Chantecler” Han en Francoise van Veen (en nu Tom, toen een klein jochie..) waren jaren onze overburen.. In de intro van het artikel verbindt Eerland de maritieme geschiedenis van Krimpen aan de Lek vanaf de walvisvaart, via de viermastbarken van Pieter van der Hoog met het maritieme heden in Krimpen, de watersportvereniging en de jaarlijkse regatta.
Hieronder de kop van het artikel:
“Al eerder hebt u in Spiegel (sdz) kunnen lezen over de rijke maritieme historie van Krimpen aan de Lek. Het dorpje werd niet alleen bekend om de walvisvaart en de zalmvisserij. Ook omdat daar onze enige twee viermastbarken Jeannette Francoise en Geertruida Gerarda werden gebouwd. Het dorpje had destijds een sloepenbouwer, een blokmaker, een touwslagerij en een kakenbakkerij. Bovendien ligt hier de bakermat van de Hollandse boot die bij de verschillende werfjes als Ommo Muller en Jan Sprik werden gebouwd.”
Een interessant artikel in het Reformatorisch Dagblad van 7 april 2018 (n.a.v. een congres waarin het verleden van de islam werd belicht) over Pieter Henricus, jawel, van de Dr. van der Hoog cosmetica!
Dr. P.H. v.d. Hoog was een neef van mijn opa en een kleinzoon van reder Pieter v.d. Hoog. De foto bij het artikel komt van deze site. Het is een foto die voor in één van zijn boeken staat.
Cosmeticafabrikant werd moslim
Wie regelmatig binnenloopt bij de drogist kent ongetwijfeld cosmeticamerk Dr. Van der Hoog. Minder bekend is dat de naamgever, de Nederlandse arts Pieter Henricus van der Hoog, zich tot de islam heeft bekeerd en zelfs op bedevaart naar Mekka is geweest.
Umar Ryad (Katholieke Universiteit Leuven) bracht het verhaal vrijdag (april 2018..) in herinnering op de laatste dag van het tweedaagse symposium ”Geschiedenissen van de islam in Nederland en Vlaanderen tot 1955” in Leuven.
De in Den Haag geboren Van der Hoog (1888-1957) leefde een veelzijdig leven, aldus Ryad. De Nederlandse regering stelde hem in 1928 aan als arts in het Nederlands consulaat in Jeddah, Saoedi-Arabië. Daar raakte hij onder de indruk van de islam en bekeerde zich tot deze godsdienst.
Dat viel op het consulaat niet in goede aarde, aldus een citaat dat Ryad aanhaalde. „Een steen viel in de stille poel van onze westerse christelijke gemeenschap. Een van onze schapen had de kudde verlaten en was naar de overkant overgestoken. (…) Hij was naïef om te geloven dat hij een soort held zou worden: een man die durfde. Het tegendeel gebeurde. De zogenaamde christelijke gemeenschap sloot de rijen en degenen die zich het minst als christen gedroegen, waren het scherpste in hun kritiek.”
Zamzam
In 1934 vroeg Van der Hoog de koning van Saoedi-Arabië in een brief of hij op bedevaart naar Mekka mocht. De koning feliciteerde hem met zijn bekering tot de islam en reageerde welwillend op zijn verzoek. Wel stelde hij als voorwaarde dat Van der Hoog eerst een jaar als vroom moslim zou leven. Dat kwam neer op veel bidden en vasten. Voor deze ‘proef’ slaagde de ambtenaar glansrijk en in 1935 ging hij daadwerkelijk op bedevaart.
Critici verdachten Van der Hoog ervan dat zijn bekering slechts een voorwendsel was. De kenner van inheemse geneeswijzen zou zijn gefascineerd door de Zamzam-bron in Mekka – volgens de islamitische traditie de bron waar God Hagar op wees toen ze met Ismaël door de woestijn dwaalde en dreigde te sterven van de dorst. Moslim worden en op bedevaart gaan was de enige manier om daar als Europeaan een kijkje te mogen nemen.
Of het een list was, liet Ryad in het midden. Wel vertelde hij dat Van der Hoog –als onderdeel van de pelgrimage– uit de bron heeft gedronken. Dat was opzienbarend, want vooraf had de arts nog gezegd dat drinken van het ‘heilige water’ onhygiënisch was.
Van der Hoog kwam later terug naar Nederland en begon zijn eigen schoonheidsbedrijf. Zijn bedevaart beschreef hij in het boek ”Pelgrims naar Mekka”. In bloemrijke taal vertelt hij daarin hoe hij de Kaäba, het centrale heiligdom in Mekka, kuste.Ryad zei dat hij de dochter van Van der Hoog heeft gesproken. Ze vertelde hem dat haar vader niet over zijn geloof sprak. Haar moeder was atheïst. De kinderen kregen een vrije opvoeding. Enkelen werden remonstrant. Vandaag weten weinig mensen meer dat Van der Hoog moslim was en op hadj ging, aldus de onderzoeker. „Zijn crèmes zijn bekender.”